In het denken over Wendbaar Vakmanschap heeft een vraag voor mij de boventoon gevoerd. Wat moet je doen in het (beroeps)onderwijs om Wendbaar Vakmanschap als uitkomst te krijgen?
(meer…)Een paar jaar geleden was hier in huis “Minecraft” een grote hit. Twee jongens (14 en 16) die hier in huis uren spendeerden aan het bouwen van virtuele werelden. Van enige afstand bekeken zag ik hoe ze werkten in een, in mijn ogen, zeer gecompliceerd programma met heel veel mogelijkheden. Ze lieten me zien hoe ze een werkende rekenmachine bouwden in Minecraft en ik zag hoe ze werelden creëerden gevuld met landschappen, kastelen en dorpjes.
Ik realiseerde me dat ergens achter dat “spelen” of “creëren” ook heel veel leren zat. Er was niemand die ze dit bijgebracht heeft. In ieder geval niet in de klassieke zin van het woord. Er was geen cursus geweest, geen docent. Er was niet één grote expert geweest die ze had begeleid in hun leerproces.
Er waren wel “experts”. Dat waren vriendjes die verder waren in hun ontwikkeling. En ze gebruikten allerlei informatie, vaak in de vorm van filmpjes, die ze zochten en vonden op internet. Tijdens het creëren stond ook vaak Skype open zodat ze konden overleggen en vragen stellen. Spelen, creëren en leren leken door elkaar te lopen. Er leken voldoende bronnen (experts en filmpjes) te zijn om ze verder te helpen in hun leerproces.
Ik heb sterk de indruk dat als we ze naar een cursus Minecraft hadden gestuurd met een docent dat de lol er dan snel af zou zijn geweest. Het uitvinden, zelf ontdekken en de regie hebben lijkt een groot deel van de fascinatie.